Volgend jaar maart spreekt het Nederlandse volk zich in een referendum uit over de Sleepwet. Nederlandse veiligheidsdiensten kunnen dankzij die wet op grote schaal digitale communicatie van burgers onderscheppen. Ook kunnen ze de vergaarde informatie makkelijk delen met buitenlandse regimes. Een voor- en een tegenstander over de nieuwe wet.
VOOR
Paul Abels, bijzonder hoogleraar Governance of Intelligence and Security Services
Met de tijd mee
“De huidige wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten uit 2002 stond de diensten toe ongericht draadloze communicatie te onderscheppen. Maar wat blijkt? We zijn juist steeds meer via de kabel gaan communiceren. Ook kwaadwillenden weten dat hun telefoon kan worden afgetapt en gebruiken kabelinternet. De oude wet schiet op dat punt gewoon tekort. De veiligheidsdiensten moeten met de tijd mee. Dat betekent dat ze dezelfde bevoegdheden moeten krijgen voor kabelgebonden als voor draadloze communicatie.”
Extra toezicht
“Het toezicht verbetert. Er komt een nieuwe Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) die vooraf toestemming moet geven voor ongerichte dataverzameling. In die commissie zitten onder meer oud-rechters. Het is een extra slot op de deur om te voorkomen dat het sleepnet zomaar wordt ingezet. De diensten moeten op verschillende momenten toestemming vragen: eerst om het sleepnet in een bepaalde richting uit te gooien. Als ze dan data hebben verzameld, moeten ze beargumenteren welke search ze daarin willen uitvoeren. En in een derde stap moeten ze nog eens toestemming vragen om de inhoud van de berichten daadwerkelijk te lezen.
De referendumcampagne deed net alsof de AIVD straks met een grote mate van willekeur privacygevoelige informatie over zo’n beetje alle Nederlanders gaat verzamelen. Dat beeld staat ver af van de werkelijkheid.”
Onschuldige burgers
“Tegenstanders zeggen dat het sleepnet straks data over onschuldige burgers gaat verzamelen. Maar dat raakt juist de essentie van inlichtingenwerk. De AIVD moet informatie verzamelen over mensen vóórdat ze een strafbaar feit begaan. Natuurlijk, je kan wel gaan posten bij een verdacht pand en bijhouden wie allemaal naar binnen gaan, maar je moet met de tijd mee. Kwaadwillenden ontmoeten elkaar tegenwoordig vaak niet meer in levenden lijve maar gewoon op het internet. Als je zicht hebt op een geradicaliseerd persoon dan wil je graag zijn hele netwerk in kaart brengen. Via zijn communicatie kan je terecht komen bij anderen: een wapenleverancier, een ronselaar, een facilitator. Dat is cruciale informatie om te begrijpen waar de dreiging vandaan komt.”
Te veel data
“Uit de files die Edward Snowden naar buiten heeft gebracht, bleek dat de Amerikanen massaal en haast zonder verstand data inzamelden over hun burgers. Dat heeft weinig zin. De Nederlandse diensten werken zo niet. Zoals Arthur Docters van Leeuwen ooit zei: om een speld te vinden moet je geen hooibergen verzamelen. Maar het snel kunnen analyseren van informatie is wel cruciaal. Er komen meer en meer technische mogelijkheden om grote databases slim te analyseren. Je gaat echt niet alle mailtjes van alle Nederlanders zitten lezen. Daar heb je ook helemaal geen tijd voor.’
Data van derden
“De diensten mogen volgens de nieuwe wet ook datasets opvragen bij externe bedrijven en organisaties. Maar dat is niet echt nieuw. Je mag nu ook aanbellen bij de buurvrouw en haar vragen om allerlei informatie. Voor die route is inderdaad geen toestemming van de TIB nodig, maar de diensten moeten daar wel achteraf over rapporteren. De Commissie voor Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten kan dan de rechtmatigheid beoordelen.’
Data delen
‘Ik ben een voorstander van deze wet, maar over een paar punten ben ik kritisch. Zo heb ik bezwaar tegen het onderdeel dat de veiligheidsdiensten toestaat ongeanalyseerde databestanden te delen met buitenlandse diensten. Ik denk dat we dat niet moeten doen. Uitkomsten delen kan uiteraard wel, maar geen complete datasets. Daarvoor hebben buitenlandse diensten te veel een eigen agenda waar wij in Nederland niet altijd zicht op hebben.’
TEGEN
Nine de Vries, senior programmamedewerker van Amnesty Nederland
Strikte voorwaarden
“De Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten hebben als taak de democratische rechtsorde te beschermen. Daarvoor hebben ze de juiste middelen en bevoegdheden nodig. Maar de nieuwe wet geeft de diensten uitgebreide bevoegdheden om communicatie te onderscheppen van grote groepen mensen die helemaal geen bedreiging vormen. We moeten ons wel realiseren dat zoiets inbraak maakt op het recht op privacy, een mensenrecht. Wij vinden dat het dus alleen mag onder strikte voorwaarden: het afluisteren moet een legitiem doel dienen en het moet voor burgers duidelijk zijn onder welke voorwaarden de communicatie mag worden onderschept, verzameld en opgeslagen. Daarnaast moet de inbreuk noodzakelijk en proportioneel zijn. Met name op die laatste twee punten schiet de de ‘sleepnetbevoegdheid’ tekort, omdat daarbij grote hoeveelheden gegevens van burgers verzameld worden die geen bedreiging vormen voor die democratische rechtsorde.”
Effectiviteit
“De regering heeft niet overtuigend aangetoond dat de sleepwet-bevoegdheid noodzakelijk is. Welke minder verregaande alternatieven zijn onderzocht en waarom voldoen die niet? Daarbij komt dat de effectiviteit van het verzamelen van grote hoeveelheden bulk data op zijn zachtst gezegd twijfelachtig is. Veel veiligheidsspecialisten betwisten dat het iets oplevert. Hoogleraar en terrorisme-expert Beatrice de Graaf zei het treffend: een database heeft nog nooit een Syriëganger opgespoord. De Amerikaanse claims dat de verregaande afluisterpraktijken van de NSA zo’n vijftig aanslagen hadden voorkomen bleken na uitgebreid onderzoek ook niet te kloppen. Vooral traditionele onderzoeksmethoden zoals de inzet van informanten leveren iets op.”
Stelselmatig en onbegrensd
“Ik wil best geloven dat de diensten niet de mailtjes van alle Nederlanders willen lezen. Maar de wet formuleert geen heldere grenzen. Sterker nog: de minister heeft aangegeven dat het de bedoeling is om stelselmatig op grote schaal gegevens te verzamelen. Een amendement van D66 dat dit wilde verbieden, werd afgeraden en heeft het niet gehaald. Die onbegrensdheid baart mij zorgen. Misschien dat een toekomstige regering wel veel verder wil gaan. Je hoort voorstanders steeds zeggen “dat is niet de bedoeling” of “zo gaat dat niet in de praktijk”, maar de wet biedt die mogelijkheid gewoon. Dat vind ik beangstigend.”
Toezicht
“De nieuwe toetsingscommissie TIB vind ik echt een stap vooruit. Wij zouden wel graag zien dat die wordt ondergebracht bij de rechterlijke macht. Een vrije samenleving heeft goede controlemechanismes nodig. Publiek toezicht op de werkzaamheden van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten is ingewikkeld vanwege het geheime karakter ervan. Maar dan moet je wel zorgen voor een volwaardige externe toezichthouder. Die moet zowel vooraf, tijdens als achteraf kunnen toetsen of de inzet van bepaalde middelen rechtmatig is om misbruik te voorkomen. Voor het openen van papieren brieven moeten de diensten nu ook gewoon toestemming vragen bij de Haagse rechtbank. Onder druk van het Europees Hof van de Mensenrechten geldt dat ook voor het inzien van communicatie tussen advocaten en hun cliënten, of bij het achterhalen van de bronnen van een journalist. Ik heb geen goede redenen gehoord waarom gewone Nederlanders geen recht hebben op een rechterlijke toetsing.”
Voorkeursroute
“De wet wringt nog op een ander punt. De Nederlandse diensten mogen straks ook aan derden vragen databestanden vrijwillig af te staan, en kunnen zo direct en geautomatiseerd toegang krijgen tot de databestanden en daarmee tot grote hoeveelheden gegevens van burgers die geen bedreiging voor de nationale veiligheid vormen. Hiervoor hebben ze geen toestemming vooraf nodig. Ik sluit niet uit dat de diensten dit straks gaan zien als de voorkeursroute voor het verzamelen van data.”
Aanpassingen
Ik zeg: stem tegen de wet. Als de meerderheid van de kiezers dat doet, zou je er toch vanuit moeten mogen gaan dat de regering de wet nog eens goed bekijkt en zo aanpast dat hij wel door de beugel kan. Dat betekent geen sleepnet, sterkere waarborgen voor mensenrechten zoals privacy en sterker, onafhankelijk toezicht.”